· 

Alleen maar glazen plafond?

Die onzekere blik in haar ogen. Maggy wil het goed doen. Ze heeft gestudeerd, heeft een goede baan. Om haar heen hoort ze hoe belangrijk het is dat je als vrouw door het glazen plafond heen schiet.

 

 ‘Het voelt als een aanklacht’, zegt ze. Zij is vooral moe. Haar hele wezen staat in overlevingsstand. Hoe kan ze dan de top bereiken? En wil ze dat wel?

 

 

 

Haar verhaal staat niet op zichzelf. Ik ken meer vrouwen die in hetzelfde schuitje zitten. Wel willen, niet kunnen. Zoals mijn lief het formuleerde: ‘ambitie genoeg, maar het lijf werkt niet mee.’

 

Om de top te halen heb je niet genoeg aan een scherp verstand. Je hebt grenzeloze energie nodig.

 

 

 

Eveline Crone[1] noemt het intrinsieke motivatie: “Ik heb àltijd zin om te werken. Maakt niet uit, al is het zaterdagavond, al ben ik met mijn man naar de film geweest, dan nog denk ik: o, ik zou nog wel even willen werken. (….). Daarom ben ik ook niet burn-outgevoelig. Dat voel ik alleen als ik heel sterke bestuursdruk heb. (…). Dus als ik allemaal dingen moet doen die ik eigenlijk niet wil.”

 

 

 

Ik lees het stukje aan Maggy voor. Ze haalt haar schouders op.

 

‘Ik doe alleen maar dingen die ik niet wil. Te weinig slapen. In de file staan. Stressen om op tijd te komen. Vergaderingen die uitlopen. Continu in de regelstand. Ik ben bekaf.’

 

 

 

Ze droomt niet langer van een carrière. ‘Ik ben al blij als ik een paar uur ongestoord kan doorslapen,’ zegt ze. Ze is pas moeder geworden van de tweede. Haar lijf herstelt minder snel dan ze had verwacht. Zowel het werk van haar partner als dat van haar liggen niet naast de deur. Ze zijn afhankelijk van het kinderdagverblijf en haasten zich drie slagen in de rondte om op tijd aan de deur te staan. Gezellig eten is er al jaren niet meer bij.

 

Is er wel een glazen plafond? Is het voor jonge ouders en vooral moeders niet gewoon Ren je Rot met gebrek aan energie als gevolg. Ik zie Maggy’s verlangen naar een dutje op de bank en neem snel afscheid.

 



[1] Interview met Eveline Crone, hoogleraar neurocognitieve ontwikkelingspsychologie, Opzij nr. 6 september/oktober 2018, pagina 68

 

Reactie schrijven

Commentaren: 0