Waarom ik schrijf

 

 

 

Al vanaf het moment dat ik een pen kan vasthouden, schrijf ik. Op een gegeven moment stond mijn vader zijn typemachine aan mij af. Op mijn zeventiende kreeg ik een elektrische schrijfmachine. Uit dat tijdperk stam ik nog. De verhalen stroomden uit mijn hoofd via mijn vingers naar het papier. In mijn bed droomde ik dat ik een succesvol schrijfster zou worden.

 

Het echte leven haalde mij in. Na studie volgde werk en het werk zorgde ervoor dat de tijd en inspiratie opdroogden. En toch bleef het kriebelen, ik wilde zo graag weer schrijven.

 

In 2011 volgde ik een cursus aan het Utrechts Centrum voor de Kunsten. En wat was dat leuk! Elke week leverde ik tien pagina's in. Mijn medecursisten waren dolenthousiast (of deden alsof) en de docent vroeg jaloers of het altijd zo gemakkelijk ging. Ik zat helemaal in een flow!

 

Uit die flow is Water en wolfskers ontstaan. De thriller die in 2020 is verschenen. En ik ben zo ontzettend trots en blij dat ik de droom van dat meisje van vroeger heb waargemaakt. 

 

 In 2022 volgde de roman "Wat weet men van een leven?" Momenteel werk ik aan mijn derde boek.

 

 

In diezelfde flow heb ik ook bedacht een website op te zetten, zodat ik een podium heb waar ik mijn andere verhalen kan posten. Of het nu een blog is over de arbeidsparticipatie/emancipatie van vrouwen of over gewone, alledaagse dingen... Of de korte verhalen die ik schrijf.